Grondbeleid

3.12   Conclusie

1. De financiële positie van het grondbedrijf is ten opzichte van vorig jaar nagenoeg het zelfde gebleven. Hierbij moet wel direct opgemerkt worden dat door de ontwikkelingen op de huidige woning- en vastgoedmarkt de toekomstverwachtingen moeilijk in te schatten zijn, reden waarom het risico en daarmede het weerstandsvermogen iets hoger wordt ingeschat. Risico’s zijn vooral gelegen in het mogelijk later binnenkomen van de grondverkoop opbrengsten en een mogelijke daling van de grondopbrengsten.
2. De algemene reserve is het afgelopen jaar met ruim € 4,7 miljoen gegroeid, tot een bedrag van
   € 54,3 miljoen. Voor het kunnen opvangen van de conjuncturele- en projectrisico’s van het grondbedrijf is een bedrag benodigd van € 50,3 miljoen, het zogenaamde weerstandsvermogen.
   Het verschil van € 4,0 miljoen, tussen het benodigde weerstandsvermogen (€ 50,3 miljoen) en de aanwezige reserve (€ 54,3 miljoen) is in 2023 afgedragen aan het structuurfonds.
3. Bij een grondbedrijf gaan de investeringen voor de baat uit. De boekwaarde van het grondbedrijf (BIE’s, MVA en kostenverhaal) bedraagt circa € 124,5 miljoen. Wij gaan ervan uit dat we deze boekwaarde op termijn volledig gaan terugverdienen met de verkoop van gronden binnen de lopende grondexploitaties en het in ontwikkeling nemen dan wel de verkoop van onze overige gronden en panden (MVA).  

In onderstaande tabel zijn de cijfers van het grondbedrijf over de afgelopen vier jaren opgenomen (bedragen x € 1,0 miljoen).

Noot: de verliesvoorziening Heesch West van € 25,3 miljoen is in april 2022
        overgedragen aan de GR Heesch West, evenals de gronden